In zijn laatste column heeft Commandant Landstrijdkrachten (C-LAS) luitenant-generaal Mart de Kruif het over reflectie. En hij reflecteert naar een schrikbarende conclusie: een situatie in een land stabiliseren kan Defensie goed, maar vechten met een brigade lukt niet meer. En dat komt volgens hem onder meer omdat er gebrek is aan middelen om te kunnen vechten. Er is niet genoeg genie, niet genoeg vuurkracht – zowel artillerie, maar ook bij infanterie-eenheden -, maar ook niet genoeg geneeskundig personeel. Want bij vechten willen er nog wel eens gewonden of doden vallen, hospikken zijn dan wel handig. Ook stelt hij dat Nederland het vechten op dat niveau is verleerd. En niet alleen Nederland, maar ook de bondgenoten van de NAVO. En tot slot stipt hij aan dat de state of mind van het hogere niveau militairen niet altijd goed is.
Zelfreflectie
En dat laatste, dat is ook wel erg pijnlijk. Zeker als de militaire top, maar zeker ook de politiek top niet alleen zou gaan reflecteren, maar ook zou gaan zelf-reflecteren. Want dan moeten ze toch constateren dat niet altijd de goede mensen naar de hoogste rangen zijn doorgestoten. En dat ze daar zelf verantwoordelijk voor zijn.
Immers, de benoemingen van de hoogste militairen, zijn niet alleen militaire aangelegenheden, maar ook politieke. Je moet politiek al een beetje bedreven zijn om generaal te worden, maar om een echte topper te worden, dan moet je ook politiek goed liggen. Want uiteindelijk bepaalt de politiek wie de hoogste militair wordt.
Letterlijk schrijft De Kruif: ‘Hoewel ik niets te klagen heb over de moed, toewijding en veerkracht op het individuele niveau, schort het hieraan op het hogere niveau.’ En die kan de politiek, maar ook wel de selectiecommissie voor de Hogere Militaire Vorming in de zak steken. Het lijkt erop dat de politiek een voorkeur heeft gehad voor militairen die echt alles wilden uitvoeren wat de visieloze politieke elite bedacht. Een ‘can-do-mentaliteit’, maar dan precies verkeerd, zeg maar.
De Kruif vindt dat grote gevechten alleen gewonnen kunnen worden ‘door op hoog niveau risico’s te nemen, tegenstanders uit te manoeuvreren, verrassend op te treden en (vooral) de wil om te winnen.’ En daar slaat hij de spijker op zijn kop. Dat is precies waar het de politiek, en misschien zelfs wel de voorgangers van De Kruif aan heeft ontbroken. Want anders hadden we nu nog gewoon op brigadeniveau kunnen vechten. ‘Want dat kan wel eens snel nodig zijn’, waarschuwt de C-LAS.
Relevante link:
Door: Eduard van Brakel
Dit is slechts de ene kant van de medaille. Het parlement heeft onder de toenmalige Minister van Defensie, Hans Hillen, een rapport genaamd ‘ Top Consult’ overhandigd gekregen en heeft dit tevens aangeboden aan zijn opvolgster, onze huidige Minister van Defensie mevr J. Hennis.
‘ Top Consult’ betreft een analyse – en aanbevelingen tot verbeteringen- uitgevoerd met medewerking van maar liefst een zestal andere ministeries over de ‘ risico mijdende cultuur’, het telkenmale uitstellen van dringend gewenste beslissingen, het doorschuiven en afschuiven van deze beslissingen onder het motto ‘ dat behoort niet tot mijn competentie’ , ‘ dat laat ik over aan mijn opvolger’ , door de ‘ sublaag ‘ van defensie ambtenaren van het Ministerie van Defensie, uitzonderingen daargelaten.
Behoud van de eigen positie en carrière staan bovenaan, niet het belang van een adequaat uitgeruste krijgsmacht. Door angst gedreven voor het regime van het Ministerie van Financiën.
Accountants, financiën bepalen het beleid, niet de strategische noodzaak, noch de ernst van de
dreigingen , noch de abominabele tekorten in materieel en personeel waarmee de krijgsmacht al jarenlang wordt geconfronteerd. Met als gevolg nauwelijks inzetbaarheid en al helemaal geen voortgangsvermogen. Over dringende vervangingen van groot materieel, werving van technisch hoog gekwalificeerd personeel, en dus financiële reserveringen, waarvoor een significante, structurele en jarenlange verhoging van het defensiebudget een levensnoodzaak is voor het voortbestaan van het defensie apparaat, wordt slechts besmuikt gesproken.
Daadkracht van de huidige regering om de zogenaamde ‘ trendbreuk ‘ betekenisvol inhoud te geven, wordt slecht symbolisch getoond door een aalmoes van € 220 M als een structurele verhoging van het defensie budget aan te merken, doch betekent niets minder dan minder bezuinigen.
Het A.I.V. rapport dat de noodzaak van een structurele, jaarlijkse verhoging van het defensiebudget met € 3,5 Miljard aantoont en aanbeveelt, wordt terzijde geschoven, is nauwelijks aan de orde of onderwerp van debat. Het Manifest opgesteld door ruim 100 prominenten uit onze samenleving en aangeboden aan de regering in maart dit jaar, heeft nauwelijks geleid tot enige rimpeling in Politiek Den Haag.
De Minister van Defensie wordt omringd door een cordon van trouwe, risico mijdende ambtenaren die slechts ten doel hebben de positie van de Minister te beschermen, zij hebben niet de moed haar tijdig op de hoogte te brengen van de werkelijke deplorabele staat van de krijgsmacht. Deze cultuur is al jaren lang aan de gang op dit Ministerie. En heeft zo doende zijn weerslag op de krijgsmacht.
Deze angst cultuur heerst ook bij sommige kringen in de krijgsmacht, na Srebrenica is de krijgsmacht in zich zelf gekeerd, een houding die geleid heeft tot ‘ zelfbescherming’. De moed ontbrak om regering en kabinet duidelijk te maken dat een krijgsmacht in de eerste plaats goed bewapend en getraind op missie kan gaan. Tegen beter weten zei de krijgsmacht almaar : ‘ Can do’.
Bovendien : een krijgsmacht kan niet aan de leiband lopen – op tactisch en operationeel niveau- van accountants, juristen en politici. Op dit niveau behoort de verantwoordelijkheid bij de commandanten ter velde !
Dat alles heeft in Sebrenica desastreuze gevolgen gehad voor het nemen van tijdige operationele beslissingen, waardoor inzetbaarheid en de levens van militairen in deze oorlogsomstandigheden onnodig in gevaar werd gebracht. Machteloos, nauwelijks bewapend, niet in staat om in te grijpen, stond DUTCHBAT daar in Sebrenica als een tandeloze Nederlandse Leeuw, toe te zien hoe ruim 8.000 mannen en jongens werden overgeleverd aan Mladic en zijn opdracht werden vermoord.
Zoals Lt. generaal Mart de Kruijf stelt: niet alleen bij sommige hoge militairen ontbreekt die moed doordat ze teveel politiek gericht zijn, maar ik wil daar aan toevoegen : vooral bij deze defensie ambtenaren is een gebrek aan moed, visie, doorzettingsvermogen en leiderschap.
Deze ambtenaren kunnen wat dat betreft een voorbeeld nemen aan de duizenden jonge militairen die de laatste decennia zijn uitgezonden op missie : zij namen wel hun verantwoordelijkheid, bleven inzetbaar, toonden moed en namen leiderschap. Met een thuisfront dat alweer hun mannen zag gaan, nauwelijks uitgerust en hersteld van de vorige missie.
Niet voor niets hebben een aantal van deze militairen daarvoor hoge militaire onderscheidingen – waaronder de Militaire Willemsorde- door de Koning toegekend gekregen.
Met een verhoging van het defensiebudget is de krijgsmacht niet gered, er dient ook bij dit Ministerie een mentaliteitsomslag plaats te vinden, waardoor realiteitszin doorbreekt, verantwoordelijkheid wordt genomen, moed wordt getoond, opdat en het Ministerie zelf en de krijgsmacht weer in staat zijn haar belangrijkste taak in volle overtuiging, met daadkracht en ruim voldoende middelen te vervullen : bescherming van de interne en externe veiligheid van ons Koninkrijk, als loyale en vooral consistente en inzetbare bondgenoot van de NATO, die bereid is risico’s te nemen met gevaar voor eigen leven. Een krijgsmacht die weer ‘ krijger’ kan zijn en kan vechten, en niet geleid wordt door accountants en juristen.
Het rapport ‘ Top Consult’ heeft helaas nog niet tot enige discussie geleid in het parlement, daarvoor is de ernst van de situatie zowel bij deze ambtenaren, in sommige kringen bij de krijgsmacht, als de
‘ Ring of Fire ‘ in en rondom Europa, blijkbaar nog niet voldoende doorgedrongen.
Daarvoor moet blijkbaar nog veel meer gebeuren voordat het parlement, regering en kabinet uit hun lethargie en besluiteloosheid zullen opstaan. Ontkenning, kop in het zand steken, leiden tot rampspoed.
Het parlement, regering en kabinet dienen nu eindelijk moed, visie en leiderschap te tonen, het is de hoogste tijd.
Ton Welter
Coalition For Defense
Ton,
Een goed geschreven analyse. Toch gaat het mi te ver om de generaals of de top ambtenaren de s huld te geven. Een samenleving krijgt de krijgsmacht waar het zelf voor wil betalen. Moet elke ambtenaar of generaal dan maar aan de lopende band ontslag nemen? En neem van mij aan dat de ministers in de afgelopen jaren echt wel – binnenskamers – te horen kregen wat voor gevolgen de div bezuinigingen hadden.
In coalitieland is het regeerakkoord heilig en regeert financien. En dan luistert er niemand naar generaals.
Wat rest is de kunst van het haalbare, en wachten op windows op opportunity om de bel te luiden. En dat heeft De Kruif nu gedaan. In het verleden trouwens ook een paar keer.
Geen ontslag nemen, dat is de makkelijkste weg, maar wel met de vuist op tafel slaan als het niet anders meer kan. Ruggengraat tonen – dat geldt juist ook voor de ambtenaren en ja, ook voor sommigen binnen de top van de krijgsmacht. Heel overtuigend en duidelijk aantonen dat wat nu weer aan bezuinigingen wordt opgelegd onverantwoordelijk is. Want bezuinigd wordt er nog steeds. Dat is de ene kant van de zaak. ‘ Can do’ mentaliteit ,- door uiterste loyaliteit van de krijgsmacht – werd in die zin door regering, kabinet en parlement misbruikt.
De andere kant van de zaak is dat parlement, regering en kabinet jaren lang slechts gebogen hebben naar de wensen van de samenleving in hun drang om maar geen stemmen te verliezen.
Een samenleving die verwend door jarenlange vrede, niet weerbaar is, de realiteit van de wereld om ons heen niet onder ogen wil en kan zien, levend onder een glazen kaasstolp, onder het motto: als je geschoren zit , moet je stil zitten, ‘ het zal wel voorbij gaan’.
Hier schort het gebrek aan leiderschap, visie en moed van opeenvolgende regeringen die slechts geleid werden door economie en financiën en hun ogen willens en wetens sloten voor de toenemende onveiligheid en dreigingen in de wereld, vooral ook in en rondom Europa , zoals overduidelijk is aangetoond in het rapport Verkenningen, dat nauwelijks behandeld werd in het parlement. Slechts in die zin, dat het goedkoopste scenario er uit werd gehaald om de voortgaande afbraak van de defensie te kunnen rechtvaardigen.
Opeenvolgende regeringen en kabinetten hebben willens en wetens verzuimd de samenleving er van te doordringen dat de zorgeloze vrede in Europa een prijs kent, die Nederland met zijn circa1% BNP voor defensie , nauwelijks tegen heug en meug wenste op te brengen. Dat heeft in sommige kringen Nederland het etiket van free rider opgeleverd, ondanks de professionele inzet van onze militairen.
Ons Koninkrijk zit nu met de gebakken peren, een schrale troost is het dat dat ook geldt voor het merendeel van onze Europese NATO partners.
Ook voor een groot deel van onze samenleving geldt dat een mentaliteitsomslag dient plaats te vinden, van egoïsme, hedonisme, individualisme – de IK maatschappij- en eenzijdige gerichtheid op economisch gewin, naar BURGERSCHAP, saamhorigheid, verdediging van onze waarden die ons als natie vormen en bovenal respect voor elkaar. En ja, zelfs een beetje trots, want Nederland is een zeer welvarend en prachtig land. Dat te behouden, daar gaat het om, voor nu en in de toekomst.
Die boodschap dient de regering geïnspireerd met volle overtuiging aan ons als burgers van Nederland over te brengen, als dat gebeurt zal onze samenleving als 1 man achter een significante en structurele verhoging van het defensiebudget staan.
In het belang van Nederland, onze kinderen en kleinkinderen.
Tot nu toe is dat nog niet gebeurd, want zoals wij weten is deze regering helaas niet van visies.
Ton Welter
Coalition For Defense
The can do mentaliteit wordt nogal eens verward, met de immorele keuze om ja te knikken bij gebrek aan ballen om nee te zeggen.
´Op brigade niveau vechten kan wel eens snel nodig zijn´ Weet hij meer dan ik? Wat dan? Waar? Uitleg graag!
Defensie: de belangen zijn groot, vooral het eigenbelang. Ik roep het al jaren.