Het Defensie van minister Bijleveld begint steeds meer aspecten van een verwaarloosde organisatie te vertonen. Veranderkundige Joost Kampen promoveerde op dat onderwerp en schreef verschillende boeken over het thema. De definitie die Kampen geeft van een verwaarloosde organisatie past naadloos op Defensie: ‘Een verwaarloosde organisatie is een organisatie waarin het langdurig ontbreekt aan sturing en begeleiding van de organisatieontwikkeling als gevolg waarvan patronen van schadelijke interactie tussen leiding en medewerkers ontstaan.’
De verwaarlozing uit zich bij Defensie onder meer in het doorvoeren van bezuiniging op bezuiniging door de leiding, met reorganisatie op reorganisatie als gevolg, het niet afdoende middelen ter beschikking stellen door de politiek om aan de door die zelfde politiek opgelegde grondwettelijke taken te voldoen, de schimmige benoeming van ambtelijke en militaire topfunctionarissen, het weglopen van specialisten, en een kloof tussen en leiding en werkvloer die mede tot uiting komt in het grote aantal vacatures (meer dan 9.000) bij de Krijgsmacht.
Destructief leiderschap
Een van de aspecten die spelen in een verwaarloosde organisatie is destructief leiderschap. In zijn boek Leren interveniëren in Verwaarloosde organisaties beschrijft Kampen de gevolgen van destructief leiderschap in organisaties. Hij noemt onder meer:
- misleiding en bedrog (met opzet of uit nalatigheid);
- restricties aan werknemers
- bedreiging door op de consequenties van het niet opvolgen van opdrachten en restricties te wijzen.
Defensie wordt geleid door een minister die verschillende moties van wantrouwen aan haar broek heeft gekregen voor onder meer het verkeerd voorlichten van de Tweede Kamer en een motie van treurnis over het (te) laat inlichten van de Tweede Kamer over inzet van militairen. Meerdere keren kwamen er achteraf documenten tevoorschijn die eerst kwijt waren, en mede waardoor de Tweede Kamer dus bewust of uit nalatigheid verkeerd werd voorgelicht.
Daarnaast golden er met de strikte SG-aanwijzing voor externe communicatie en social media gebruik restricties voor Defensiepersoneel om zich te uiten. En in tegenstelling tot wat minister Bijleveld beweerde, werd daarop wel gehandhaafd en werd er zelfs gedreigd met restricties en maatregelen tegen militairen. Daarbij moet bij Defensie een verzoek van een militair meerdere opgevat worden als een dienstopdracht. Dat is in oorlogstijd misschien handig, maar is in een vredes- en kantooromgeving een vrijbrief voor mogelijk machtsmisbruik en het vestigen van een angstcultuur.
Moties van wantrouwen tegen Bijleveld
Er gaat veel mis
Binnen die context gaat er veel mis bij Defensie waar bezuiniging op bezuiniging voor cynisme en onrust zorgden, en niemand nu écht de criteria weet waarom de ene militair het wel schopt tot generaal en een andere niet. Niet toevallig zijn die onrust en schimmigheid ook twee kenmerken van een verwaarloosde organisatie. En die verwaarlozing wordt nog eens versterkt doordat er te weinig mensen met vakinhoudelijke kennis aan de top zitten. In de pool van high potentionals, de Algemene Bestuursdienst, zit een clubje ambtenaren dat elkaar de baantjes toespeelt, en ervoor zorgt dat dezelfde mensen ten koste van een slagveld bij het ene ministerie carrière kunnen maken bij een ander ministerie. Zo zorgen ze voor veel wisselingen in het hogere management en daardoor voor een gebrek aan continuïteit, wat ook een kenmerk is van destructief leiderschap in een verwaarloosde organisatie.
Om het nog erger te maken: bij Defensie is de inhoudelijke militaire stem verstomd doordat in het BUT-model er slechts 1 militair op het hoogste niveau aan tafel zit. Een militair die schimmig aan zijn positie is gekomen, zit aan tafel met 3 burgers, die ook schimmig aan hun positie zijn gekomen, en die in tegenstelling tot de CDS, de vakinhoudelijke kennis ontberen om een geweldsorganisatie te leiden, maar daar wel in meerderheid over kunnen beslissen.
Het werd niet beter onder Bijleveld
Onder Bijleveld is het de afgelopen jaren niet veel beter geworden qua leiderschap bij Defensie. Ze lichtte de Kamer dus verkeerd voor, en deed loze beloften aan het personeel. Ze speelde lastige dossiers handig door naar de staatssecretaris, die de klappen opving voor wanbeleid dat was gevoerd, maar de minister lijkt die deksel nu op de neus te krijgen. Door het vertrek van Visser, die minister wordt bij VWS, is Bijleveld opeens verantwoordelijk voor onder meer de grote vervanginsprojecten van het materieel, onderhoud van infra, maar ook het invoeren van het nieuwe personeelssysteem, de arbeidsvoorwaardenonderhandelingen, en de vacatureproblematiek. Allemaal hoofdpijndossiers, vooral het personeelssysteem en de arbeidsvoorwaarden.
Want het Defensiepersoneel, dat ooit het goud van de organisatie was, toen op 1 stond, maar in de visie Defensie 2035 plaats moet maken voor arbeidsextensieve systemen, zit al weer 9 maanden zonder cao. Zelfs een motie (van de toenmalig Kamerleden Kerstens, van Helvert en Belhaj) waarin Defensie werd opgeroepen om in het eerste kwartaal van dit jaar met een masterplan te komen, waarin acties en middelen om instroom te vergroten en uitstroom te verminderen zouden moeten worden genoemd, is niet uitgevoerd. Ook daar werd een wens van de Kamer genegeerd. Maar dat niet alleen: hieruit blijkt dat de Defensietop, de minister voorop, het personeel vooral complimenten geeft, maar dat er geen enkele waardering in de vorm van nieuwe arbeidsvoorwaarden komt. Want de huidige, allang afgelopen cao, was slechts een eerste stap, ook volgens de minister. Maar het schaarse personeel wacht tot nu toe tevergeefs op de tweede stap.
En dan komen we bij het volgende kenmerk van destructief leiderschap: Lastige beslissingen worden doorgeschoven: zoals de invoering van een loonhuis, zoals vernieuwing en aanschaf van onderzeeboten, zoals bijvoorbeeld financiële dekking vinden voor een visie. Minstens 4 miljard extra is nodig voor Defensie zeiden de minister en de CDS, maar als de berichten over de nieuwe begroting kloppen, komt er slechts 100 miljoen bij. Ook hier lukt het dus niet om de mooie woorden waar te maken. En 100 miljoen erbij, bij een inflatie van 1,9%, betekent dat Defensie bij gelijkblijvende kosten volgend jaar 100 miljoen minder te besteden heeft. De vraag is welke eenheid daar de prijs voor gaat betalen? Of wordt er geld uit het investeringspotje van de toekomst gehaald, om het probleem op te lossen?
Falen rondom tolken
Daarnaast lukte het onder leiding van de minister niet om te voldoen aan een missie van Defensie: het beschermen wat ons dierbaar is: Al in 2019 werd er een motie aangenomen die opriep om tolken en andere mensen die voor onze militairen werkten tijdens de missie in Afghanistan te beschermen. In mei van dit jaar twitterde Bijleveld dat ze ‘ermee aan de slag was (zie ook dit stuk op Nieuwnieuws met daarin ook een opsomming met wat mis ging bij Buitenlandse Zaken), maar er waren niet heel veel vorderingen.
In juni kwamen er al noodkreten vanuit Afghanistan waar door de ministeries van Buitenlandse Zaken en Defensie niet adequaat op gereageerd werd. Vervolgens moest er tot evacuatie overgegaan worden maar toen Kaboel viel zat de ene verantwoordelijk minister (Bijleveld) bij de film, en gaf de andere verantwoordelijk minister (Kaag) een diner om partijpolitiek gekonkel te regelen, en was de SG van Buitenlandse Zaken boos dat hij op zijn vakantieadres gebeld werd. Onbereikbaar zijn op momenten dat het erom gaat is ook een kenmerk van destructief leiderschap in een verwaarloosde organisatie, en het speelt niet alleen bij Defensie onder Bijleveld, maar speelt dus ook bij andere ministeries die hun topmensen ook betrekken uit de Algemene Bestuursdienst.
Vervolgens nam geen van de ministeries in eerste instantie verantwoordelijkheid voor de evacuatie van Nederlandse staatsburgers en Afghanen die voor ons werkten. En toen er wel werd begonnen met evacueren vertrok er eerst een leeg vliegtuig vanuit Kaboel, en ging een volgend vliegtuig stuk. Dat laatste is een rechtstreeks gevolg van veroudering van materieel, omdat investeringen en onderhoud worden uitgesteld om de begroting sluitend te krijgen (wat – verrassend – ook een kenmerk is van verwaarlozing van organisaties). Dat er uiteindelijk mensen achterbleven, ondanks de inzet van het personeel van de Krijgsmacht dat met gevaar voor eigen leven weer in actie kwam en vele mensen redde uit Afghanistan, is volgens Bijleveld ‘akelig’.
Uit beantwoording van Kamervragen blijkt dat de schuld veelal bij de tolken zelf en de stroperige bureaucratie in Afghanistan wordt gelegd. Daarbij vergetend dat de bureaucratie bij Defensie, maar ook bij Buitenlandse Zaken en andere ministeries net zo stroperig is. Onduidelijke bureaucratie is ook een kenmerk van een verwaarloosde organisatie. Maar het vingerwijzen naar anderen is altijd een zwaktebod, en zeker in een organisatie waar cursussen als ‘leidinggeven met lef’ worden gegeven en leiderschap en verantwoordelijkheid volop gepredikt wordt.
Doelstellingen werden niet gehaald en gebrek aan reflectie
Desondanks sorteerde Bijleveld in de pers alvast voor op een nieuwe periode als minister van Defensie. En dat na een periode waarin vrijwel geen enkele doelstelling werd gehaald. Defensie kan niet aan de grondwettelijke taken voldoen. We zijn geen stap dichter bij het Europees gemiddelde qua begroting gekomen (en dat is al een gemiddelde van landen die niet aan hun verplichtingen voldoen!). Er is geen nieuw loongebouw en functiehuis voor het personeel gekomen. Het aantal vacatures bij Defensie is niet kleiner geworden, maar juist met duizenden gegroeid. En de inzetbaarheid van de Krijgsmacht is niet beter geworden.
In verwaarloosde organisaties lukt het de top niet om goed te reflecteren op hun eigen handelen, ook omdat dat ze vaak de aansluiting met de wereld van het werkelijke zijn krijtgeraakt en blijven hangen in de wereld van het wenselijke. Of zoals Kampen schrijft: ‘De top en het hoger management hebben signalen van verwaarlozing genegeerd, hebben verzuimd de directe leiding te steunen, en zijn niet alert op gedrag en behoeften van medewerkers.’ Dat is wat er aan de hand is bij Defensie.
Het gevolg daarvan is dat bij een groot gedeelte van het personeel de psychologische relatie met de leiding min of meer is verbroken en dat uit zich in sterk wantrouwen in alles wat de leiding doet. Cynische opmerkingen als ‘Het personeel staat alleen op 1 in de uitstroomlijstjes’, ‘We hopen dat er geld voor vastgoed komt, zodat het loongebouw aangepast kan worden’, of ‘leidinggevenden/officieren gaan pas realiseren wat er aan de hand is als er b.d. achter hun naam staat’ spreken wat dat betreft boekdelen. Net als de opmerkingen van de militaire top dat ze ‘zeker wel weten wat er speelt op de werkvloer.’ Mocht dat zo zijn, dan lukt het ze in ieder geval niet om aan de wensen van de werkvloer te voldoen. De stelling wordt ook door een groot gedeelte van de werkvloer betwist. Dat gedrag op de werkvloer is overigens ook destructief gedrag, dat gevoed wordt door het destructieve leiderschap aan de top.
Vacatures en inzetbaarheid
Verder heeft het aantal vacatures en het gebrek aan budget direct gevolgen voor de gevechtskracht en de inzetbaarheid zo bleek de afgelopen jaren. Schepen liggen al aan de kant. Bemanningen worden uitgewisseld. Brigades zijn half gevuld. Compagnieën worden samengevoegd. Reservistenuren worden geschrapt. Oefeningen afgeblazen. Burgers helpen bij de Marechaussee. In 2020 was de operationele inzetbaarheid 67% en staatssecretaris Visser gaf aan dat de trend in 2021 lager zou zijn. Maar recent heeft het civiele Hoofd Defensie Beleid de CDS overruled en een positieve pitch geschreven over die inzetbaarheid. De stukken worden dan naar de VCD gestuurd die in feite bewust op het verkeerde been wordt gezet.
Het falende, grotendeels civiele bestuur van de defensietop is continu bezig om met ambtelijke stukken de problemen te maskeren voor de politiek, met als resultaat dat de lijken in de kast zich op lijken te gaan stapelen. De stammenstrijd in de militaire top compliceert dat nog eens.
Hoe lang blijven de verantwoordelijken nog zitten?
Maar uiteindelijk zijn het de minister en de staatssecretaris die daarvoor verantwoordelijk zijn. Ze laten een organisatie na, die er de afgelopen jaren niet beter op is geworden, en die door gebrek aan genoeg financiering er ook op korte termijn niet beter op gaat worden, die niet aan de wettelijke taken kan voldoen, waar de militaire kennis wegzakt, destructief leiderschap welig tiert, en waar de minister en de staatssecretaris niet de doelstellingen hebben gehaald die ze zelf hebben afgesproken, die het personeel laten wachten op een nieuw loongebouw en goede arbeidsvoorwaarden en waar het ze tot slot niet is gelukt om hen te beschermen die ons dierbaar waren. En dat zijn toch wel erg slechte resultaten. De staatssecretaris is inmiddels weg naar een ander ministerie. De vraag is hoe lang de minister nog kan blijven zitten? De vraag is wie straks wel de inhoudelijke kennis heeft, en de persoonlijkheid om Defensie uit het dal te loodsen?
Door: Eduard van Brakel
Foto’s: Defensie.nl
Heftig artikel! Los van het feit of je het eens bent met de diverse missies, mag er nooit op deze manier omgaan worden met mensen in een organisatie. Het is beslist een lange weg te gaan om er weer een gezonde, weerbare organisatie van te maken. Ik heb ooit een marine man geïnterviewd die me leerde dat alles bij defensie, in principe ‘in opperste staat van paraatheid’ is; klaar om te doen wat er gedaan moet worden. Indrukwekkend, als je even stil staat bij wat dat van een organisatie en haar mensen vraagt. Zo’n alerte cultuur is naar mijn idee alleen maar haalbaar als het rust op vertrouwen. Overigens is het onderling vertrouwen heel groot en dat zou de (burger) top moeten inspireren tot ander beleid en houding.
Beste Eduard, hieronder mijn commentaar zoals gepubliceerd op LInkedIn.
Het is niet slechts beschamend, het is God geklaagd dat de non valeurs van Rutte en zijn kliek, Defensie en zijn Krijgsmacht al 10 jaar lang de afgrond in leiden, en nu als een trap na, 100 miljoen als hondenbrokken toe werpen, – een klap in het gezicht van de Krijgsmacht ,-terwijl deze regering bij monde van de Minister van Defensie duidelijk heeft uitgesproken dat er de komende jaren jaarlijks minstens 5 tot 7 miljard Euro nodig is om Nederland in staat te stellen zijn eigen grondgebied en dat van zijn NAVO Partners in Europa en ‘ De West ‘ te verdedigen, , waar het, bij monde van dezelfde en voorgaande Ministers van Defensie, al jaren niet meer toe in staat is.
Heer Rutte u bent a disgrace voor het Koninkrijk der Nederlanden en niet in het minst voor onze internationale status. U bent het ambt van een Minsiter President voor het Nederlandse Volk niet waardig, u verzaakt zelfs de allereerste grondwettelijke plicht , shame on you.
Doe het NL Volk een gunst, treed af, schrijf nieuwe verkiezingen uit en verdwijn voor goed van het politieke toneel. Laat ons als Nederlanders weer met zelfrespect en trots het
‘ Je Maintiendrai ‘ uitdragen, want die leus is al te lang verworden tot een loos begrip.
Het is niet te filmen! Er zijn 9000 vacatures bij Defensie. Defensie heeft volgens de Grondwet de plicht om het vaderland te kunnen verdedigen! Hier is zij bij lange na niet in staat! Een regering, die haar Leger zo verkwanselt, speelt met haar soevereiniteit. Of is dat juist de bedoeling? Want Rutte en co zitten er niet voor het volk, zoveel is zeker. En zowel Defensie, politie en Rijksambtenaren hebben nog steeds geen CAO.
Zo belangrijk vinden ze ons nou…..