Dorien is de toenmalige vriendin (en wellicht huidige echtgenote?) van het toenmalige hoofd Conceptuele Zaken van de Defensiestaf van het Ministerie van Defensie, professor Rob de Wijk. Hij is één van ’s lands talking heads zodra ergens ter wereld “de poep de ventilator raakt” of conflicthaarden op enigerlei wijze dienen te worden geduid.
Zij, Dorien dus, is naamgeefster van de Dorien-norm.
De Dorien-norm ging er volgens de Prioriteitennota van 1993, ‘Een andere wereld, een andere Defensie’ onder PvdA-minister van Defensie Relus ter Beek, vanuit dat Nederland aan maximaal vier vredesmissies tegelijk kon meedoen. Die nota was het begin van de bezuinigingsdrift op Defensie, het incasseren van het vredesdividend, kortom: de sloop van dé basis van veiligheid in en van Nederland.
Helaas pindakaas!
Anno 2015 geen heilige Dorien-norm meer. Wel nog steeds vredesmissies – of noem het Peace Support Operations (PSO) – en een NATO Response Force (NRF) waarvan een brigade de middelpuntvliedende kracht is.
In het ideaalplaatje houdt die NRF in dat direct kan worden gereageerd op spanningen waar ook ter wereld, zonder onderbuikgevoelens te laten meeregeren. Emoties kun je immers uitschakelen – hoewel dit nooit helemaal mogelijk is. Het is reactie op actie, zonder (te veel) tijd te verliezen in politieke besluitvorming. Een goede zaak dus.
Het is stupide om, zoals in de tijd van de oplopende troebelen in Bosnië in de jaren ’90, niets te doen omdat je zit te wachten op de reactie van anderen. Niet reageren is funest, reageren is een beslissing nemen. Niet reageren als NAVO zou, op termijn, wel eens het einde van het bondgenootschap kunnen betekenen. En ik ken iemand die mijn mening weleens zou kunnen delen: professor De Wijk.
Vredesmilitair in het kader van PSO of NRF wil dan ook niet zeggen dat je met de handen op de rug als een klodder mayonaise met slasausbenen toekijkt vanaf de zijkant van de dansvloer. Het betekent in de woorden van kolonel Nathan R. Jessup in ‘A Few Good Men’: “[…] Ik heb geen tijd noch de neiging om mezelf te verantwoorden voor iemand die slaapt onder de deken van de vrijheid waar ik voor waak […]”
Slapen onder de deken van de vrijheid waar ik voor waak?
Als je weet dat de basis van menselijke behoeften gelijkstaat aan veiligheid – zoals de piramide van Maslow ons leert – dan kun je moeilijk anders dan concluderen dat vredesmilitairen in het kader van PSO en NRF zeer goed werk doen. Vooral om “de Nederlandse staat en zijn burgers te beschermen tegen geweldsdreigingen waarvan de bron zich in het buitenland bevindt.” [1]
Veiligheid en vrede zijn de toverwoorden van de inzet van de militair, ook die van de militair van vandaag de dag. En als het goed is sneller en flexibeler dan in Doriens tijd.
Want een vredesmilitair mag dan een voortzetting zijn van het militair-zijn en zelfs met dezelfde middelen, zijn optreden vergt heel wat meer kwaliteiten dan het presenteren van puur militaire eenheidsworst.
Waarvan akte op dit moment in Mali!
Chapeau mannen en vrouwen in die andere wereld die om een andere Defensie vraagt. En dat is in ieder geval geen kleinere krijgsmacht in een onrustige wereld!
[1] Klem, drs. M. H. (2010, februari). Het Nederlandse veiligheidsbeleid in een veranderende wereld. Verkennende studie voor het WRR-rapport ‘Nederland in de wereld. Geraadpleegd van http://www.oapen.org/download?type=document&docid=439962 (webpublicatie nr. 42).
Martijn Cornelissen