Al voor de derde keer in drie jaar tijd oordeelt de OVV (Onderzoeksraad voor de Veiligheid) vernietigend over Defensie. Door het onachtzaam omspringen met veiligheid, en met veiligheids- en kwaliteitscontroles zijn er nu al meerdere doden gevallen. En dat komt volgens het OVV omdat Defensie een papieren werkelijkheid creëert, en beslissingen neemt op basis van wat wenselijk is, niet op basis van wat reëel is. En degene die er wat van zegt, kan opbokken, of op zijn minst zijn of haar carrière vergeten. Want het aankaarten van problemen heeft binnen Defensie represailles tot gevolg.
In een persbericht zegt Defensie dat de aanbevelingen van de OVV worden overgenomen. Zeiden ze dat ook niet in 2015? Er moest meer aandacht voor veiligheid komen. Later stierf een commando tijdens een schietoefening. Er moest meer aandacht voor veiligheid komen, maar militairen kunnen niet fatsoenlijk trainen omdat wapens, onderdelen, materieel en munitie ontbreken of ondeugdelijk is. Maar waarom heeft Defensie dat niet eerder gedaan? Want dit schreef de OIO (Onderzoeksraad Integriteit Overheid) eerder:
Harde oordeel OVV logisch
De OVV is in het rapport over het mortierongeluk in Mali in ieder geval niet mals voor Defensie. De OVV schrijft: ‘Al bij het onderzoek uit 2014 naar het 336 Squadron van de Koninklijke Luchtmacht constateerde de Raad dat door de uitzenddruk in de afgelopen jaren de grenzen van veilig werken zijn opgezocht.’ En dat het OVV zo hard oordeelt, is logisch, want zelfs wanneer er een wettelijke verplichting bestaat om regelgeving en eisen geïmplementeerd te hebben (MAR-OPS luchttransport, 1 januari 2008) zijn er een klokkenluidersmelding en vele jaren voor nodig voordat er überhaupt iets gebeurt (implementatiedatum: 2 november 2015).
En Defensie bleef die grenzen van veilig werken dus opzoeken. De organisatie lijkt wel niets te leren van welk onderzoek, of welke aanbeveling dan ook. Het enige positieve is dat Defensie bij een rapport van OVV niet verklaart dat het ‘zich niet herkent in de situatie’, zoals dat bij vernietigende publicaties in de media, die ondersteund worden met interne documenten wel gebeurt. Wat Defensie wel deed was het aanpassen van het persbericht dat over de zaak naar buiten kwam. In de eerste versie stond nog dat ‘De conclusies van de OVV hard aangekomen waren.’ Maar in de tweede, definitieve, versie was dat weg.
Dat impliceert dat Defensie wel wist wat de conclusies van de OVV zouden zijn. En dat is nog veel erger. Want dat betekent dat Defensie moedwillig risico’s heeft genomen waar militairen slachtoffer van zijn geworden. En het personeel was toch het hoogste goed? En wat zegt het dat de OVV, die op verzoek van Defensie naar Mali gaat om het incident nogmaals te onderzoeken, onverrichter zake naar huis moet, omdat de munitie al was vernietigd? Zonder dat de top het wist? Is dat niet het verdoezelen van bewijsmateriaal? Waarom?
Personeel niet meer hoogste goed
Het personeel, en de veiligheid van het personeel is helemaal niet meer het hoogste goed bij Defensie. Ethiek en integriteit staan ook op een laag pitje. Want het lijkt er eerder op dat het pleasen van hogere leidinggevenden het hoogste goed is geworden. Dat het zogenaamde beschermen van de organisatie, zoals dat hoogtij viert bij afdelingen communicatie en in de hogere lagen van de organisatie en bestuursstaven, het belangrijkste goed is geworden. En juist dat beschermen van de organisatie en het pleasen zorgt voor een angstcultuur waarin niemand zijn nek durft uit te steken. En daarbij zorgt het ook nog eens voor volstrekt onethisch en on-integer handelen.
Defensie staat onder grote druk, en aan militaire operaties zitten altijd grote risico’s. Juist daarom is het van belang dar het personeel beschermd wordt, dat veiligheids- en kwaliteitscontrole doorgang vinden, maar ook dat meldingen van onveilige situaties, niet inzetbaar materieel, of capaciteitsproblemen serieus genomen worden. En dat is domweg niet het geval. Als een militair meldt dat iets niet op orde is, kan hij of zij in het slechtste geval verdere promotie of andere goede functies vergeten. Of de meldingen blijven jaren op de plank liggen, zoals met de interne brandbrieven van het KCT is gebeurd. Terwijl de organisatie actie zou moeten ondernemen. De organisatie moet de juiste cijfers verstrekken aan de top, en niet rapporten aanpassen. Want het beschermen van de organisatie draait dan uit op het moedwillig in de problemen brengen van de minister. Een minister die nu weer door het stof moet. En die natuurlijk zegt dat herhaling voorkomen moet worden.
De vijand is de angstcultuur
Geen wonder dat het personeel de poort uit holt. Niemand neemt verantwoordelijkheid, omdat het niet getolereerd wordt als je je nek uitsteekt.. En dat gaat nu dus zover dat er zelfs doden door vallen. De grootste vijand lijkt niet eens de vijand te zijn, maar het zogenaamde beschermen van de organisatie. De vijand is de angstcultuur. De vijand is het gebrek aan integriteit.
En om dat op te lossen is er niet meer geld nodig. Voor dat probleem kan Defensie zich niet verschuilen achter de politiek. Voor het oplossen van dat probleem is het nodig dat de mensen op sleutelposities in de organisaties ander gedrag vertonen. Om dat op te lossen is een open cultuur nodig. Om dat op te lossen moet Defensie leren dat degene die een veiligheidsprobleem, of ander probleem aan de kaak stelt niet de vijand is. De vijand is degene die ervoor zorgt dat probleemmelders kaltgestellt worden. De vijand is de organisatiecultuur.
Door: Eduard van Brakel
Het wordt langzaam tijd onze minister haar verantwoordelijkheid neemt en haar conclusie trekt voor het beleid van de afgelopen jaren zij heeft als eindverantwoordelijke voor het beleid van de afgelopen jaren voor deze ruïne gezorgd . AFTREDEN is volgens mij de enige echte optie dan geeft ze ons , het personeel, misschien nog een beetje voldoening.