‘Zonder veiligheid geen vrijheid’, zegt oud-beroepsofficier Mr. Sébas Diekstra, die namens Code Oranje op de kieslijst staat voor de Tweede Kamer. Als hij wordt verkozen om in de Tweede Kamer plaats te nemen, dan wil hij grote stappen zetten om de Krijgsmacht weer slagvaardig te maken om het Koninkrijk te kunnen verdedigen tegen dreigingen en NAVO-normen weer na te kunnen komen. Hij formuleert dat, zoals een aantal bezorgde burgers recent ook treffend zei: ‘Onze veiligheid mag niet langer in de waagschaal gesteld worden door de politiek.’
Waarom heeft u ooit voor een functie binnen de Krijgsmacht gekozen?
‘Aan het einde van de middelbare school wist ik al snel wat ik wilde gaan doen. Het werd of de politie of de Koninklijke Marechaussee. Uiteindelijk koos ik vol overtuiging voor de Marechaussee. Ik wilde niet wachten tot ik naar de Koninklijke Militaire Academie kon, maar wilde gelijk starten. Daarom begon ik als wachtmeester-opsporingsambtenaar. Dat leek mij zinvol werk. Hulp verlenen aan mensen die dat nodig hadden en ook zaken oplossen, de waarheid boven water krijgen, dát was wat ik wilde. En eigenlijk wil ik dat nog steeds in mijn werk.’
Op welke manier heeft uw militaire achtergrond bijgedragen aan uw keus om politiek actief te worden?
‘Als beroepsmilitair, maar ook door mijn betrokkenheid bij Defensie als reserveofficier en werk als militair advocaat, weet ik als geen ander hoe het piept en kraakt binnen de organisatie. De behoefte om bij te dragen aan de veranderingen die zo ontzettend nodig zijn, heeft mij mede overtuigd om politiek actief te worden.’
Hoe beschrijft u de huidige staat van de Nederlandse Krijgsmacht? En wat zou daar volgens u aan moeten veranderen?
‘Ernstig verwaarloosd. Er moeten eerst duidelijke en harde keuzes worden gemaakt. Daarvoor is een goede politieke visie nodig. Die is er nog altijd niet. Daarbij moet er ook flink geïnvesteerd worden in de Krijgsmacht en moeten we zo snel mogelijk naar de NAVO-norm van 2% van het BBP toe. Wij willen Defensiebudget ook wettelijk laten vastleggen. Dit laatste met name om te garanderen dat wij voldoende financiële middelen hebben om ervoor te zorgen dat wij onszelf kunnen beschermen én om te voldoen aan de grondwettelijke verplichting om het eigen grondgebied te kunnen verdedigen.
Nederland is en blijft soeverein en wij werken en oefenen samen met andere landen, maar worden voor de uitvoering van taken nimmer afhankelijk. Nederland zal een volwaardige Krijgsmacht hebben die ertoe doet in de regio.’
Defensie heeft nu 9000 vacatures, daardoor is 20% van de militaire functies niet vervuld. Wat moet er volgens u gebeuren om die functies weer vervuld te krijgen?
‘Allereest wil ik gezegd hebben dat ik het buitengewoon triest vind hoe onze politiek de afgelopen decennia met onze krijgsmacht zijn omgegaan. In de beginjaren na de eeuwwisseling werden aanstellingen van beroepsmilitairen niet verlengd vanwege het geboortejaar van de militair. En nu, nu missen we juist die ervaren krachten die toen de laan uit zijn gestuurd.
Het Defensiepersoneel verdient beter. Veel beter. Er zijn grote stappen nodig om de salarissen op het juiste niveau te krijgen. Dan worden de cruciale functies in de operationele capaciteit en ondersteuning mogelijk ook sneller gevuld. Wij willen Nederlanders maximaal stimuleren om in dienst te gaan bij Defensie, als beroepsmilitair of werkstudent in de vorm van een bijbaan. Daarbij aangetekend dat onze krijgsmacht niet wordt opengesteld voor burgers van andere EU-lidstaten.
Ook moet er een nieuw personeelssysteem komen, met flexibele oplossingen voor beroepsmilitairen, deeltijd-militairen en burgermedewerkers. Reservisten zullen tot het verleden behoren: je bent militair of je bent het niet. Het enige verschil is dan nog de aard van je aanstelling.
Maatwerk moet het uitgangspunt worden waarbij niet alleen rang en leeftijd het salaris bepalen maar ook kennis en ervaring. Eén op de drie medewerkers bij Defensie wordt een deeltijd-militair, zodat de organisatie flexibel kan functioneren als het erop aankomt. Defensity College wordt hét instituut waar studenten als deeltijd-militair kunnen werken naast hun studie. Een betaalde bijbaan voor jonge academici en voor leerlingen van het MBO en HBO.
Ook komt er weer een dienstplicht: een maatschappelijke. Deze zal gelden voor iedereen vanaf zijn of haar achttiende levensjaar. Daarbij bestaat de mogelijkheid te kiezen voor een richting, zoals veiligheid (Defensie) maar ook de zorg of maatschappelijk werk.’
Wat zou de politiek, of politici, kunnen leren van de Krijgsmacht?
‘In ieder geval moet de politiek goed luisteren naar de organisatie. Daarbij valt al heel veel winst te behalen. Maar laat de politiek nou eerst eens zorgen voor een duidelijke visie op de Krijgsmacht. En daarnaast voor voldoende middelen om te grondwettelijke taken adequaat te kunnen uitvoeren.’
Welke positie neemt u als (kandidaat)-Kamerlid in ten opzichte van de Krijgsmacht?
‘Volksvertegenwoordigers zijn het aan de Grondwet verplicht om in actie te komen en te blijven komen tegen de dramatische staat van Defensie. Dit gebeurt nu helaas te weinig.
Als Code Oranje zullen wij blijven strijden tot de Krijgsmacht weer voldoende uitgerust is om ons Koninkrijk te beschermen tegen dreigingen en weer in staat is de grondwettelijke taken naar behoren uit te voeren.’
Als u straks in de Tweede Kamer wordt gekozen, wat is dan het eerste wat u zou willen veranderen of aanpakken?
‘Het personeelssysteem en het loongebouw. Het moet weer aantrekkelijk worden om bij Defensie te werken en te blijven werken. Het is niet te verkopen dat de organisatie al zolang zoveel vacatures heeft, terwijl veel ervaren krachten de organisatie uit blijft stromen. Dit moet stoppen en wel zo snel mogelijk.’
Waarom heeft u juist voor Code Oranje gekozen om politiek actief te worden?
‘Met name omdat Code Oranje de democratie weer dicht bij de burger wil brengen. Daarbij spreekt het hervormen van onze democratie, waarin op dit moment politieke partijen leidend, naar een democratie van nieuwe vormen mij erg aan. Een democratie waarin de samenwerking met de inwoners van ons land centraal staat en niet de eigen partijbelangen.’
Als we op u willen stemmen, welk cirkeltje moeten we dan rood maken in het stemhokje?
‘Op de lijst van Code Oranje sta ik op nummer 8 en op nummer 10 staat veteraan Öner Çatalpinar. Wij beiden willen strijden voor een sterke Krijgsmacht.’
Verantwoording
In aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen van 2021 stelt het Defensie Platform aan alle kandidaat-Kamerleden met een militaire achtergrond dezelfde schriftelijke vragen. De antwoorden worden zonder redactionele bemoeienis geplaatst. Het Defensie Platform wil op deze manier (voormalig) militairen een podium bieden om hun standpunten uit te dragen. Ook worden politieke partijen bevraagd over hun Defensie standpunten. Die worden ook gepubliceerd. Ben jij (voormalig) militair, sta je op de kieslijst voor de komende Tweede Kamerverkiezingen, en heb je nog niets van ons gehoord? Neem dan contact op met het Defensie Platform.
Ook voor deze visie een driewerf hoera ! Hopelijk beseffen nu langzamerhand grote groepen in de Nederlandse samenleving dat Defensie met een modern uitgeruste krijgsmacht, langdurig inzetbaar tot in het hoogste geweldspectrum, een harde noodzaak is, en beslist geen ‘ overdreven’ luxe. Maar bovenal een krijgsmacht. met goed gemotiveerd personeel, met respect en waardering van de Nederlandse bevolking, dat o.m. tot uiting komt in een salariëring dat recht doet aan hun inzet en verantwoordelijkheidsgevoel.
Coalition For Defense heeft zich sinds juni 2012 hier voor ingezet, nu 9 jaar later, komt er dan eindelijk een keer ten goede.
Wellicht, ik blijf kritisch, zolang in het nieuwe regeerakkoord niet duidelijke, harde, langjarige kabinet overstijgende, beleidsafspraken worden vastgelegd, om de krijgsmacht weer op ‘ NAVO ‘ standaard te brengen, mede in staat om het NAVO grondgebied in Europa, en zeer zeker dat van het Koninkrijk- inclusief de ‘ West ‘ – te beschermen en indien nodig te verdedigen, nog afgezien van de maritieme inzet voor de bescherming van ‘ Lines of Communication ‘ de internationale handelsroutes, waarvan onze open economie en dus welvaart zo afhankelijk van is.
Het is nog maar de vraag of de toekomstige regering hiertoe bereid is, ondanks alle oproepen en petities vanuit de samenleving.
‘ The proof of the pudding’ is in the eating ‘, ik hoop dat die pudding dan inderdaad goed smaakt.