Beste Minister,
Het was een waardige ceremonie, waarna de lichamen van de omgekomen militairen Christine Martens en Erwin Warnies zijn overgedragen aan hun familie. Beiden kwamen om in dienst van Nederland, bij het uitoefenen van een van de hoofdtaken van de Krijgsmacht. Het herinnert ons er maar weer eens aan dat vrijheid en veiligheid niet vanzelfsprekend zijn, en dat ook het beschermen wat ons dierbaar is met grote offers gepaard gaat. Ik wil de nabestaanden vanaf deze plek condoleren, en veel sterkte wensen bij het verwerken van hun verlies.
Militairen moeten hun gevaarlijke werk zo veilig mogelijk moeten kunnen doen. Die veiligheid geldt voor het goed geoefend werken, goed uitgerust met de juiste spullen werken, en geldt voor het sociaal veilig werken. Want dat er risico’s aan het werken al militair zitten, dat staat buiten kijf, als het ergens heel veilig is, hoeven militairen niet ingezet te worden. Maar als ze ingezet worden, moet hun materieel, hun getraindheid en hun omgeving aan de hoogste eisen voldoen. Daarom lijkt het mij uitstekend dat de veroorzakers van de aanranding op een onderzeeboot zwaar gestraft zijn. Dergelijk gedrag hoort in de Krijgsmacht niet thuis.
Maar er is nog wel werk aan de winkel als het gaat om materieel en inzetbaarheid. Want veiligheid gaat ook om dat ingezette eenheden op hun taak berekend zijn. De uitstekende documentaire over Screbrenica van Coen Verbraak toonde dat maar weer eens pijnlijk aan. Daaruit zijn lessons learned getrokken, een van die lessen is dat Nederland altijd voor eigen luchtsteun moet kunnen zorgen. En dat militairen altijd goed bewapend op missie moeten kunnen.
Grondwettelijke taken
Maar minister, is die les doorgetrokken voor de hele Krijgsmacht? Wat de Krijgsmacht moet kunnen, staat in artikel 97 van de grondwet:
- het eigen grondgebied (inclusief het Caribische deel van het Koninkrijk der Nederlanden) en dat van bondgenoten verdedigen;
- de internationale rechtsorde en stabiliteit beschermen en bevorderen;
- de overheid (bijvoorbeeld provincies en gemeenten) ondersteunen bij rechtshandhaving, rampenbestrijding en humanitaire hulp, nationaal en internationaal.
Maar de vraag is: kan de Krijgsmacht dit ook? Verdediging van het eigen grondgebied kan niet meer. Ik mocht onlangs bij u op audiëntie, en in dat gesprek zei u me dat er meer nodig is. Dat is geen publiek geheim, want de Algemene Rekenkamer concludeerde dat ook al. Op mijn vraag hoeveel meer er dan nodig is, gaf u eigenlijk geen antwoord. Er was meer nodig, en bondgenoten moesten ook hun steentje bijdragen. De militair commandanten, de CDS voorop, weten waarschijnlijk wel wat er meer nodig is, maar die hoor je daar nooit over. En met die nieuwe aangescherpte regels en richtlijnen over de vrijheid van meningsuiting voor militairen, hebben de CDS en de OPCO-commandanten nog meer reden om zich in stilzwijgen te hullen. Commandanten aan de leiband van de SG?
Commandanten die zeggen waar het op staat?
En dat terwijl er wordt gesnakt naar commandanten die zich uitspreken. Naar commandanten die zeggen waar het op staat. Naar commandanten die verder komen dan de mantra: ‘Na jaren van bezuinigingen is de lijn naar boven ingezet’. Er kan meer, we zien dat er meer mogelijk is. Voorraden worden aangevuld, en we kunnen investeren. Al zal het nog wel even duren voordat het merkbaar is op de werkvloer.’ Dat is een prachtig verhaal: maar wat is er nodig? Wat is er nodig om de Krijgsmacht gevechtsklaar te krijgen? Wat is er nodig zodat de Krijgsmacht aan de in de grondwet gestelde taken kan voldoen. Daar komt geen antwoord op. Of ze zeggen: ‘Daar ga ik niet over’.
Moderniseren en repareren?

Hoeveel fregatten hebben we nodig? De zes die we hebben? Er komen twee moderne M-fregatten aan. Dat wordt verkocht als een mooie opsteker voor de Marine. Maar we hadden acht M-fregatten. Waarvan er vier zijn vervangen door niet in het hoogste geweldsspectrum inzetbare patrouilleschepen, 2 stuks niet vervangen worden, want die zijn al verkocht, en dus zijn het de 2 overblijvende die wel vervangen worden. Dat is niet echt vooruitgang, maar meer achteruitgang. Datzelfde geldt voor de mijnencapaciteit: de zes schepen worden vervangen door moderne, dat is goed, natuurlijk is dat goed, maar we hadden er veel meer (15 stuks). Onderzeeboten blijven er waarschijnlijk vier, de operationele behoefte vraagt om zes stuks, zo vindt admiraal Kramer, een van de weinige bevelhebbers die zich wél uitspreekt. De logistieke capaciteit wordt dan wel uitgebreid, en dat is natuurlijk uitstekend. Want zonder logistiek staat alles stil. Alleen draagt een logistiek schip zonder bewapening niet bij aan directe versterking van de slagkracht. Moderniseren lukt dus wel, maar het repareren van de slagkracht blijft achter.
Landmacht
Bij de Landmacht wordt nu blij gedaan dat er een paar handenvol tanks zijn. Die niet van ons zijn, maar van Duitsland. Op het hoogtepunt hadden we daar 900 stuks van rondrijden, al is dat echt wel een tijdje geleden. Met het verdwijnen van de tanks, verdween ook de knowhow, en verdwenen de benodigde faciliteiten en ondersteuning. Dingen die we weer op moeten bouwen. Maar meerdere eskadrons tanks, dat zou nu op zijn minst moeten kunnen, zodat onze Landmachteenheden ook het verbonden gevecht weer kunnen voeren. Al ontbreekt daarvoor ook de artillerieondersteuning, zowel qua veldartillerie als qua luchtdoelartillerie. En ook kan de logistieke ondersteuning veel beter. En moet de vulling natuurlijk beter, zodat brigades wel 3 bataljons op de been kunnen brengen met geneeskundige ondersteuning. Het is natuurlijk wel weer helemaal prima dat bijvoorbeeld het KCT nieuwe specialistische voertuigen heeft en dat er nieuwe vrachtwagens en uniformen komen. Maar ook hier geldt: moderniseren lukt wel een beetje, maar repareren nog niet echt, laat staan versterken van de slagkracht.

Luchtmacht
En dan de luchtmacht die 213 F16’s had. En straks 46 F35’s heeft. De organieke behoefte was minstens 110 van die toestellen. Dus we zijn nog niet op de helft. Dat het er zo weinig zijn heeft niks te maken met strategie, maar komt domweg omdat er te weinig geld was voor meer. Is het goed, dat er een extra squadron komt? Ja, natuurlijk. Is het te weinig? Ja dat ook. De Chinookvloot wordt ook gemoderniseerd en de Apaches ook. En dat is natuurlijk ook nodig en nuttig! De 28 Apaches hadden er volgens mij ook nog meer moeten zijn, want de opheffing van alle tankcapaciteit bij de Landmacht zou gedeeltelijk gecompenseerd moeten worden door meer Apaches, zo was het plan toen, begreep ik van minister Hillen Maar los van het feit of je je kunt afvragen of een Apache en een tank nou het hetzelfde effect hebben, dat stukje investeren werd natuurlijk ook vergeten. Gelukkig – en dat zeg ik zonder cynisme – betreden we wel het Spacedomein, met een eigen satelliet en met radarsystemen die tot in de ruimte kijken. Dat zijn zeer belangrijke punten en zijn echt een verbetering, omdat we daarmee uiteindelijk minder afhankelijk zijn van data van derden. Voor veel andere punten geldt ook hier: Moderniseren gaat wel, maar repareren gebeurt maar mondjesmaat.

Marechaussee en cyber
De Marechaussee is er de afgelopen jaren misschien nog wel het beste afgekomen qua investeringen in vooral personeel. Al gaat heel veel aandacht naar Schiphol natuurlijk en zijn de tekorten ook nog hoog. Maar door de Brexit zullen de taken ook op het gebied van grensbewaking geïntensiveerd moeten worden. Net als op het gebied van Cybr.
Hoewel dat een van de punten is waar wel heel duidelijk in is geïnvesteerd. Dat tot uiting kwam door oprichting van het Defensie Cyber Commando. En op cybergebied is het al oorlog. Dus dat daar veel , en doorlopend in geïnvesteerd wordt is van groot belang. Want de digitale infrastructuur is minstens zo belangrijk als de fysieke infrastructuur en staat in verband met elkaar: een brug kun je via een digitaal netwerk open zetten (of juist dicht). Maar cyber vertaalt zich ook door naar de eenheden: want als je een tank kunt hacken, hoef je hem niet kapot te schieten. Dus moderniseren en repareren digitale gevechtskracht: ja.

Personeel op 1
En dan de mens: het militaire en burgerpersoneel van Defensie. Al het personeel moet of operationeel zijn, of direct in dienst staan van de operationele eenheden. En dat personeel moet goed uitgerust, goed getraind, met goede spullen, en met zeer goede arbeidsvoorwaarden hun gevaarlijke werk zo veilig mogelijk kunnen doen, en daarbij vertrouwen de militairen hun leven aan elkaar toe. Moderniseren en repareren gaat bij het personeel ook niet van harte. Het duurde te lang voordat er een nieuw arbeidsvoorwaardenakkoord lag. En de opvolging van de akkoord, namelijk het nieuwe loonhuis en toelagenstelsel, zou 1 juli gereed zijn. Dat is het niet. En het ergste is dat het voor veel mensen niet eens als een verrassing kwam.
Maar wat wil je ook bij een militaire organisatie waarbij er zeker in de staf en zelfs in de Bestuursraad alles wordt gedaan om de stem van de militair zo klein mogelijk te maken. Het lijkt er bijna op dat de CDS als hoogste militair slechts wordt gedoogd in de top, die verder bestaat uit burgers, die geen enkele band met de Krijgsmacht hebben en zeer weinig affiniteit met het militaire domein. En met een SG die eropuit lijkt om het personeel nog meer monddood te maken dan het al was. Het personeel staat daar echt niet op 1, alleen in de uitstroomlijstjes.
En dat is iets wat wel moet gebeuren minister: het personeel op 1 zetten. Want er zijn al een kleine 10.000 vacatures, namelijk. Gevechtseenheden kunnen niet vechten door te weinig personeel. Logistieke ondersteuning kan niet geleverd worden door te weinig personeel. Als dat personeel er niet is, is er ook geen moderniseren en repareren mogelijk. Het personeel is het goud van de organisatie. En in een organisatie waar vertrouwen in elkaar van levensbelang is, doet de top er alles aan om te laten zien dat ze het personeel helemaal niet vertrouwen. Door maar niet tot overeenstemming te komen over wat de werkgevers eigenlijk heeft afgesproken qua aanpassing aan het loongebouw en toelagen systeem: er moet zelfs arbitrage aan te pas komen. En door medewerkers verder monddood te maken met regelgeving die rechtstreeks ingaat tegen het advies van de Raad van State. En de commandanten lopen alvast vooruit op die nieuwe oekaze en zwijgen.
Nadenken
Ik ga in mijn komende vakantie nadenken minister. Nadenken of ik mijn arbeidsvoorwaarden voorstel getekend naar Defensie terugstuur, want ik stop niet met het Defensie Platform, ook niet als ik als reservist een uniform draag. Ik hoop dat u en de politiek verantwoordelijken voor Defensie ook gaan nadenken: over het nog meer investeren en moderniseren, maar vooral over het personeel dat het nu echt verdient om op 1 te komen te staan. En ik hoop de OPCO- commandanten ook: of ze toch niet wat meer zichtbaar moeten zijn en zich meer uitspreken, oekaze van de SG of niet. En dan heb ik het nog niet eens over de 2%-NAVO-norm gehad…
Ik wens u een fijne vakantie en hoop dat u en degenen die u liefhebt gezond blijven in deze Coronatijden.
Met vriendelijke groet,

Eduard van Brakel is oprichter van het Defensie Platform. In het dagelijks leven is hij eindredacteur van Management Impact. Ook schreef hij met hoogleraar managementwetenschappen en leiderschapscoach Bas Kodden het boek Leidinggeven is omgekeerd opvoeden.
Bij de Landmacht wordt nu blij gedaan dat er een paar handenvol tanks zijn. Die niet van ons zijn, maar van Duitsland.
Vraag maar eens aan her NLD pers bij deze eenheid hoe vaak en hoeveel tanks zij ter beschikking hebben
Geweldig stuk mij (TMK Lt met Flo) uit het hart gegrepen.
Goed dat jij je in ieder geval uitspreekt Eduard. En nu maar hopen dat de komende jaren echt werk wordt gemaakt van niet alleen de kwaliteit van het materieel, maar dat kwantiteit ook weer een serieus onderwerp van gesprek is. Er is voldoende roofbouw gepleegd.
Beste vrienden,
Het wil maar niet vlotten met het aantrekken van voldoende nieuwe mensen voor Defensie. Ik had daar een plan voor, en dit was haalbaar!
10.000 vrijwilligers van uit Zuid Afrika wilden bij het Nederlandse Leger voor 4 jaar dienen. Zij spreken Afrikaans, dus integratie is makkelijk. Zij hebben onze manier van denken en doen.
Ook qua logistiek had ik alles op de rit. Ik dacht aan een soort van Nederlands vrijwilligers brigade. Helaas heeft D66 het plan vertiefd, door te zeggen “we moeten Nigerianen halen.
Maar ik kan dit plan nog steeds zo uitvoeren!