‘Ja, dekken!”. De ruim 50-jarige met volle grijze snor getooide adjudant die naast me stond gooide zijn benen naar achteren en viel plat voorover in het zand van de Oirschotse heide. Er had ergens een schot geklonken en de ijzervreter naast me was direct in zijn element. ‘Mooi hè, Van Brakel?”, klonk de retorische vraag vanuit het zand. De adjudant moest binnenkort met Functioneel Leeftijdsontslag, het pensioen voor militairen, maar hij wilde niet. “Ik heb een rekest ingediend”, vertelde hij me, ‘Ik wil nog een paar jaar blijven. Ik wil nog meer militairen opleiden. Dat is zo mooi, mijn ervaring overdragen op de jonge gasten’. Zijn ogen werden vochtig, alleen al bij het idee dat hij nog langer met die jonge gasten mocht werken. ‘Dat houdt jezelf ook jong’, zei hij nog terwijl hij het zand van zijn uniform klopte.
De adjudant bleef inderdaad wat langer bij Defensie, en werd zelfs luitenant. Hij was onderdeel geworden van het door hem verfoeide officierskorps en werd pelotonscommandant bij een opleidingscompagnie. Hij volgde zijn passie. Zonder leger, zou er voor hem niets zijn. Loyaliteit ten top.
Een vriend van mij trok een vies gezicht. ‘Trouwen? Ik? Ik ben al getrouwd. Met mijn uniform’. Het zou me niets verbazen als hij zijn wapen inderdaad een naam had gegeven, zoals je vaker in films ziet. Bij elke missie stond en staat hij vooraan om te mogen gaan. Defensie is het voor hem helemaal. Hij vertrouwde mij toe: ‘Ik zou niet weten wat ik had moeten doen als ik niet in het leger had gezeten. Ik zit het liefst in het veld, in het bos. Lekker operationeel bezig. Ik ben niet bezig met mijn carrière, ik probeer de functies te doen die ik leuk vind. Maar als de baas (Defensie dus) mij ergens heen stuurt dan doe ik dat’. Ook loyaliteit ten top.
Ik ken behoorlijk wat militairen die Defensie de rug toe hebben gekeerd. Maar vrijwel zonder uitzondering koesteren ze warme gevoelens voor de krijgsmacht. Of dat nu de Luchtmacht, Landmacht, Marine of Marechaussee is, ze kijken met plezier terug op tijd in uniform. Sommigen kunnen zelfs niet aarden buiten Defensie. Ze keren terug, omdat de roep van het uniform sterker is dan de roep van meer geld, regelmaat en veiligheid in het bedrijfsleven.
Eigenlijk is het uniek dat in deze tijd van vluchtige banen, minder zekere carrières er nog een organisatie is die mensen zo kan binden. Dat is iets waar veel bedrijven wat van kunnen leren. Defensie heeft daarvoor wel een aantal voordelen ten opzichte van ‘gewone’ bedrijven en organisaties. Defensie leidt mensen zelf op, nadat die toekomstig militairen door een keuring zijn gekomen, waarin getest wordt of de rekruut aan een aantal essentiële eisen voldoet. Eisen op het gebied van persoonlijkheid en fysieke gesteldheid. En dat ook nog eens voor de specifieke functie waar de aspirant militair voor solliciteert.
De opleiding wordt vervolgens geven door militairen die hun sporen hebben verdiend binnen de organisatie. Door militairen die ooit precies dezelfde opleiding hebben gevolgd, en die de taal en kernwaarden (vertrouwen, eerlijkheid, moed, doorzettingsvermogen) van de organisatie tot hun eigen DNA hebben gemaakt. De opleidingen entree bij eenheden is vergeven van tradities en gebruiken, die iedereen moet ondergaan. De symboliek is groot, en de symboliek geeft vertrouwen en het gevoel dat je er echt bij hoort.
Bij de meeste organisaties buiten Defensie is er geen symboliek. Word het inwerktraject gedaan door iemand die toevallig tijd heeft. Bij je entree krijg je de koffieautomaat gewezen en ‘zoek maar een plekje want we doen aan het nieuwe werken’, als boodschap mee. Dan ga je anderhalve dag heel veel theoretische informatie krijgen van je naaste collega’s, en dan ben je ingewerkt.
Geen keuring, geen opleiding, geen training, geen symbolische handeling dat je onderdeel bent van iets, geen ouders en andere familieleden die je begroeten als je afgemat door de poort loopt na de eindoefening om je baret te krijgen. Niets. En daardoor zijn mensen minder loyaal aan het gemiddelde bedrijf dan aan Defensie. En de meeste bedrijven hebben geen missie als ‘werken aan vrede en veiligheid’. De meeste bedrijven hebben onmogelijke missies waar klant en geld verdienen in voorkomen. Niet iets waar je jezelf onwijs mee kan identificeren, en waar continu en structureel aandacht voor is.
Ja, bedrijven kunnen nog veel leren van Defensie als het gaat om het behouden van loyale medewerkers. Tegelijk kan Defensie ook wel wat leren, want militairen zitten al jaren zonder CAO. En dat komt bij bedrijven weer niet voor, omdat geld binnen het bedrijfsleven wel belangrijk is.
Door: Eduard van Brakel