Beste mevrouw Hennis,
Waar moet het toch heen met onze Krijgsmacht? Een tijdje terug waren er fraaie debatten met mooie woorden. Er moest meer geld naar Defensie, riepen veel politici in koor. Want onze Krijgsmacht en onze veiligheid zijn belangrijk, riepen politici in koor. Meenden ze dat nu echt? Of was het publiciteit scoren voor hun partij? Want van al die woorden is nog niets terecht gekomen. Er wordt nog steeds bezuinigd op Defensie, alleen wat minder. Extra geld is nog niet te bekennen. Misschien ben ik wel te ongeduldig. Ik hou van actie ondernemen. Geen woorden maar daden. Niet lullen maar poetsen. Niet roepen dat er meer geld moet komen, maar hoppa, geld overmaken. Net zoals militairen doen als ze een opdracht krijgen. ‘We moeten naar Mali’, roept de politiek dan. En hoppa, onze commando’s en andere troepen doen daar fantastisch werk. Doelgerichte actie ondernemen. Niet te veel ouwehoeren, maar gewoon uitvoeren.
Ondertussen kunnen we feitelijk geen vuist meer maken, minister. We doen wel overal mee aan missies. Maar dat meedoen lijkt niet ondersteund te worden door een lange termijn visie op Defensie. Als de NAVO of de VN om vrijwilligers vraagt, dan staan we met ons vingertje omhoog te roepen dat we mee willen doen. Net als die kinderen op school, die zo graag in een goed blaadje willen komen te staan bij de juf.
Topmilitairen
En dan doen we een beetje mee. En het is aan het onwaarschijnlijke doorzettingsvermogen, de ongelooflijke kunde, en de ontzettende professionaliteit van onze militairen te danken dat we dan ook nog goede prestaties leveren. Topmensen, die militairen. Topmensen, die u in de kou laat staan als het gaat om arbeidsvoorwaarden. Zonder fatsoenlijke CAO doen ze hun werk.
Topmensen die met lede ogen moeten toezien hoe gevechtskracht wordt wegbezuinigd, hoe brigades van pantser naar wiel gaan, hoe fregatten worden ingeruild voor kustschepen, hoe de luchtmacht straks vrijwel verdwijnt. Die militairen zien met schaamte aan dat politici hun vingertje opsteken om maar vooraan te staan. Maar dat eerdere missies, die we ook zo graag vrijwillig deden, eerder moeten worden afgebroken. Want daarvoor zijn te weinig mannen en vrouwen beschikbaar, te weinig operationele capaciteit.
Woorden of daden?
Ik vraag me af minister, wanneer die woorden tijdens de debatten worden opgevolgd door daden. Ik vraag me af wanneer Nederland qua Defensie-begroting weer eens in de buurt van de 2-procentsnorm komt, die in internationaal verband is afgesproken? Ik vraag me af wanneer militairen een goede CAO krijgen? Ik vraag me af wanneer de slagkracht op peil gebracht wordt? Want minister, hadden alle mooie woorden wel betekenis? Of zijn we bezig met het Gebroken Geweertje 2.0?
Militairen zeggen wat ze doen, en doen wat ze zeggen, minister. De politiek lijkt vooral veel te zeggen, maar zo verdomd weinig te doen. Leiderschap bij Defensie, minister, staat gelijk aan voorbeeldgedrag. Je vraagt niets van je mensen wat je zelf niet ook zou doen. Ik weet zeker dat generaal Middendorp graag met de commando’s mee zou doen in Mali, of dat hij ook graag troepen zou trainen in Irak. Politici beseffen volgens mij niet dat ze heel veel vragen, maar dat het lijkt alsof niet bereid zijn om de daarbij behorende verplichtingen ook aan te gaan. En dat minister, is gevaarlijk. Gevaarlijk voor onze veiligheid. Voor uw veiligheid. Voor mijn veiligheid.
Visie
Dus minister, zo vlak voor de Kerst wil ik graag met u afspreken dat u er alles aan gaat doen om een goede visie op de Krijgsmacht te formuleren. En dat u gaat zorgen voor meer geld, materieel en middelen. Zodat we vanuit een visie mee kunnen doen met de grote jongens. Zodat we vanuit een visie, gesteund door operationele mogelijkheden met ons vingertje omhoog vooraan kunnen staan als de NAVO en VN weer vrijwilligers nodig hebben.
En ik ben natuurlijk graag bereid mee te denken.
Met vriendelijke groet,
Eduard van Brakel
Oprichter en hoofdredacteur Defensie-Platform