Enige jaren geleden werd in opdracht van de Algemene Bestuursdienst een onderzoek uitgevoerd naar de bestuurscultuur en de bureaucratie in de top van het Ministerie van Defensie: het rapport ABDTopconsult. Dat rapport kwam tot schrikbarende en ontluisterende waarnemingen. Kort samengevat variëren die van risicomijdend gedrag, uitstellen van vooral noodzakelijke beslissingen om politieke redenen en afschuiven naar opvolgers. Dit werd ingegeven door de dertig jaar bezuinigen op Defensie, waardoor vertragingen ontstonden in de aanschaf vanp noodzakelijk materieel. Het rapport sprak van een besloten, inkennige cultuur waarin men elkaar indekt, maar ook van verregaande invloed van, ja onderworpenheid aan juristen en accountants op te nemen besluiten voor inzet van personeel en aanschaf/vervanging van materieel.
Militaire experts naar tweede plan
Dat rapport, waar verschillende ministeries aan hebben mee gewerkt, is nooit in de openbaarheid gebracht en al helemaal nooit besproken in het parlement. Er zijn ook nauwelijks corrigerende maatregelen genomen, integendeel, een nieuw bestuursmodel werd ingevoerd waarbij de risicomijdende burgerambtenaren het nog meer voor het zeggen hadden en de militaire experts op het tweede niveau werden gezet. Er zou immers nooit meer oorlog komen.
Slechts de Commandant der Strijdkrachten had nog een adviserende rol, naar wie minzaam werd geluisterd, als hij al een luisterend oor kreeg. Juristen, accountants, de Algemene Rekenkamer bepaalden de gang van zaken op het Ministerie. Commandanten van de Koninklijke Landmacht, Koninklijke Luchtmacht en Koninklijke Marine werden ver van de Haagse vierkante kilometer weggezet in Utrecht, Breda en Den Helder, onttrokken aan het publiek. Hun militaire expertise werd beperkt tot de gereedstelling van het materieel. Met als gevolg een ja-knik-cultuur van de hoogste militairen, nog afgezien van het spreekverbod.
Militaire urgentie, vanaf 2008 zichtbaar in de dreigende militair/politieke situatie in Europa en de wereld, het nakomen van verplichtingen aan de NAVO, waaronder de toegezegde Wales-norm van 2% BNP in 2024, überhaupt de instandhouding van een inzetbare, goed bewapende, getrainde en gemotiveerde Krijgsmacht waren ondergeschikt aan de cijfermatige en juridische fetishcultuur op het Ministerie. Het was immers bezuinigen wat de klok sloeg, want zoals eerder geschreven, er zou nooit meer oorlog komen – handel en globalisering gingen voor.
Risicomijdend gedrag heerst nog steeds
Deze cultuur en risicomijdend gedrag heersen nog steeds, in een bureaucratie ingesteld op bezuinigen die het nemen van tijdige beslissingen onacceptabel vertraagt. Het Ministerie is hard bezig een nieuwe Walrusaffaire te creëren, doordat geen besluiten worden genomen. De politieke en nationale industriebelangen zijn leidend, in plaats van het sluiten van de capability gap. De hoogst noodzakelijke vervanging van de 2 M-fregatten – terwijl er minstens 4 nieuwe fregatten nodig zijn – wordt steeds weer uitgesteld, vanwege torenhoge inflatie en stijgende prijzen. De aanschaf van de F-35 voor de Koninklijke Luchtmacht heeft 12 jaar geduurd, en dat mondjesmaat met slechts 52 F 35, terwijl er minstens 85 nodig zijn.
Voor wat betreft de Koninklijke Landmacht is het nog dramatischer, zoals aangegeven in het laatste NATO Capability Report. Het niet hebben van Main Battle Tanks ter ondersteuning van de infanterie wordt daarin ernstig bekritiseerd. Zoals uit de oorlog in de Oekraïne blijkt, wordt een landoorlog nog steeds uit
gevochten met verbonden wapenen zoals tanks, artillerie, luchtsteun en infanterie.
Krachtig ingrijpen
Willen wij werkelijk beschermen wat ons dierbaar is dan zal allereerst in de heersende cultuur op het Ministerie krachtig moeten worden ingegrepen. Geen risicomijdende ambtenaren, maar leiders die doordrongen zijn van het feit dat een inzetbare en krachtige Krijgsmacht een conditio sine qua non is, de oorlog staat immers voor de deur. Een nieuwe generatie ambtenaren is nodig die besef hebben van militaire noodzaak en niet schuwen daar voor uit te komen. Ambtenaren die inzicht hebben in de huidige geopolitieke situatie in Europa en de Wereld. Ambtenaren met moed, visie en daadkracht die in hun beleid en beslissingen een motiverende en ondersteunende rol spelen in de (her)opbouw van de Nederlandse Krijgsmacht. Het aanzien van Nederland in de wereld vereist een militaire bijdrage die er staat, zonder excuses voor lange aanbestedingsprocedures en beperkte productielijnen waardoor bestellingen veel te laat geleverd worden.
Defensie moet ook in haar wervingsbeleid voor het vullen van maar liefst 9.000 vacatures laten zien dat het haar menens is om nieuwe schepen, vliegtuigen en hopelijk nieuwe tanks voldoende te bemannen. Bestellingen van meer F35’s, aanbesteding van onderzeeboten, vier fregatten en 200 tanks kunnen onmiddellijk geplaatst worden. Jongeren komen af op een inspirerend verhaal en moderne spullen. Voor verlammende bureaucratie is niet langer plaats, het budget wordt immers professioneel besteed.
Minister moet voortouw nemen
Noodzakelijk voor dit alles zijn een Minister en Staatssecretaris van Defensie die daarin heel motiverend, loyaal en krachtig het voortouw nemen. Dan weet de Krijgsmacht zich pas echt gesteund, niet alleen door een salarisverhoging. Maar dan zijn we er nog niet. Aan het parlement is het niet om het dossier Defensie af te doen met een zak geld. Integendeel. Het parlement moet indringende controle uitoefenen op de zo urgente reorganisatie van de ambtelijke staf en adviesorganen. Een herzien besturingsmodel eisen waarin militaire bevelhebbers weer integrale verantwoordelijkheid krijgen en niet slechts een half oor.
Regelmatig de Minister bevragen wat de status is van de reorganisatie die moet leiden tot een daadkrachtig, flexibel en professioneel departement.
Last but not least: de bevolking en de industrie moeten ervan doordrongen zijn dat het menens is in Europa. Dat wij er als land voor moeten zorgen dat onze gezamenlijke afschrikking voorkomt dat de oorlog in Ukraine overslaat naar het NAVO verdragsgebied. Want zonder een krachtige afschrikking houdt Tsaar Poetin zijn aspiraties voor de Oekraïne. Als voormalig KGB kolonel houdt hij niet van verliezen. U wel?
Voor meer informatie: Coalition For Defense (2017): Je Maintiendrai, the restructuring of Netherlands Armed Forces 2017-2024.
Corinaldo, Italië, 16 januari 2023,
Ton Welter
Foto euro’s: Pixabay
Foto Tank en fregat door ministerie van Defensie
Uitstekend verhaal. Zie voor enige nuancering van de Marine behoefte mijn artikel in het Marineblad van december.
https://www.kvmo.nl/images/Marineblad/2022/Nummer%208/Kok,%20P.C.,%20’Een%20perfect%20storm%20nadert’,%20Marineblad,%20nr.%208%20(december%202022)%20p.%2032-35.pdf
P.C. Kok
Commandeur bd der KM
Voormalig vlootcommandant
Afschrikking,
Te duur alle tanks moesten worden verkocht, de laatste eigen 16 eigen tanks uit depot teruggegeven aan Duitsland want zelf moderniseren en onderhouden te kostbaar dus samen met 2 commando uitvoeringen terug leasen was het enigste wat financieel nog mogelijk was voor de eigen krijgsmacht.
Zelf gebruikte of nieuwe tanks aanschaffen als Nederland was vanaf 2011 helemaal uit den boze en niet meer van deze tijd…
En nu tijdens de zeer ernstige gewapende crisis in Oekraïne is de westerse wereld na lang soebatten plotseling wel bereid om moderne westerse tanks te gaan leveren, en zie daar als duvel uit een doosje de Nederlandse regering die als donderslag bij heldere bereid is de voormalig eigen geleaste tanks terug te kopen en te doneren aan Oekraïne…
En jarenlang was het voor de eigen krijgsmacht niet mogelijk om tanks te behouden of om deze weer aan te kopen?
En nu is het opeens wel mogelijk om tanks aan te kopen waarbij de krijgsmacht van zijn allerlaatste tanks wordt beroofd zodat de Nederlandse regering internationaal de sier kan maken door samen met andere landen die wel opveer eigen tanks beschikken 18 tanks te leveren.
Ik begrijp de nood en de levering aan Oekraïne vanuit het westen NAVO en bondgenoten maar deze voorgenomen actie van de Nederlandse regering is een schaamteloze actie en een belediging aan het adres van de Nederlandse defensieorganisatie.
Zoals de titel al aangeeft er komt behoorlijk wat geld bij maar in de praktijk wordt de defensieorganisatie steeds verder uitgekleed.