Ik kijk naar mijn grote liefde defensie als oud-kapitein bij de landmacht. En wat ik zie doet pijn. Dertig jaar geleden voorzag ik dat dienstplicht zou worden afgeschaft met de huidige taferelen als gevolg, want die zag je toen al in landen met een beroepsleger. En zie daar… maar dit gaat dieper!!
Al jaren negatieve berichten! Er gaat geen week voorbij… wat zeg ik… géén dág of media tuimelen over elkaar met duiding en benoeming. Iedere misstand ontrafeld en vergroot. Steeds weer verklaring, een schuldige gezocht, gevonden en… that’s all. De Defensiestaf! Die ijdele minister van Buitenlandse Zaken! Dat mannetje van ‘Inkoop’! De politiek! Állemaal schuldig! Onderzoek hier onderzoek daar. Er moet dit gebeuren er moet dat gebeuren. Allemaal waar… maar helaas… het is symptoombestrijding. De misstanden zijn symptomen van een ernstige ziekte, we zijn welvaartsziek. Treedt om de 70 jaar op!
De ‘dientijd’ als remedie
Één van de misstanden sprak mij in het bijzonder aan; de ontsporingen vanwege de verveling bij de soldaten. Die verveling was precies waar ik steeds voor heb gewaakt. Ik zag de dienstplicht als een periode waarin we jongens moesten kneden tot vechtsoldaten, maar ook en vooral als tijd waarin we ze bagage konden meegeven voor de rest van hun leven, ten faveure van henzelf èn de maatschappij. Wij wisten dat jongens van achttien zoekende waren. Natuurlijk knepen wij ze af, véél meer zelfs dan bij collega’s waar de mannen al na drie stellingnames mochten douchen terwijl die van ons negentien keer vol aan de bak moesten. En voor alle testen slaagden we met 100 punten!! Dat lag niet alleen aan vaardigheden, maar vooral aan ‘TEAMGEEST.’ Naast het soldatengedoe zagen wij toe op ‘vorming’. Wij promootten de studiefaciliteiten van defensie en zorgden voor een fulltime-programma, dus ook voor de avonduren. Geen drillprogramma, nee, na het dagelijks afknijpen was het tijd voor zaken waar ze ná hun dienstplicht wat aan hadden. En op de vrije avonden ervaren kader op de achtervang om het niet uit de hand te laten lopen, want daar hadden ook mijn knapen een neiging toe (en ikzelf op die leeftijd ook!).
Trotser op kader dan op sterren
Mijn kader heeft dingen bereikt waar ik trotser op ben dan alle sterren en tevredenheidsbetuigingen en medailles en CI- en MIO rapporten bij elkaar. Wij hebben van jongens iets betere burgers gemaakt, met respect voor die ander. Rotterdammers dolden met Amsterdammers. Limbo en Fries gingen samen stappen. De kampjongen werd vriend met het advocatenzoontje. Er werden vriendschappen voor het leven gesmeed over maatschappelijke, etnische en provinciegrenzen heen. Dát was ons doel… en bovenal waren het geweldige soldaten. Dankzij de dienstplicht hebben wij vijanden op afstand gehouden èn een bijdrage geleverd aan de samenleving, zoals we zelfs veertig jaar na dato te horen krijgen op reünies door de mannen zelf georganiseerd.
Onze zieke maatschappij smacht naar wat eens was, en… ik gun het onze jeugd zo, want je zag nergens zoveel huilende mannen bij elkaar als op het afzwaaien van een lichting dienstplichtigen.
Daarom, hoe schier onmogelijk ook; haal terug die DIENSTPLICHT! En als dat een besmet woord is, noem het dan maar ‘DIENTIJD’. Wat boeit een NAAM!!
Door: Kapitein b.d. Erik Becking
Goutum
Foto uniformen: Defensie.nl
Voor zover ik weet bestaat de dienstplicht nog steeds maar is de OPKOMSTPLICHT buiten werking gesteld. Voor de vorming lijkt het mij ook beter dat de opkomstplicht weer gewoon ingesteld wordt. Maar ja, daar zullen veel partijen NIET mee eens zijn. Desnoods 1 jaar dienen en daarna om de 4 jaar op herhaling.
Het heractiveren van de dienstplicht kan alleen maar succes hebben wanneer de Nederlandse politieke top besluit dat de koers bij de inzet van onze krijgsmacht moet worden veranderd. Wanneer de politiek zou besluiten dat de dreiging vanuit Rusland substantieel is toegenomen, (hetgeen door vrijwel alle inlichtingendienst wordt bevestigd) moet ook Nederland een aangepast militair antwoord kunnen bieden. Op dit moment is daar geen sprake van. Scheppen geld worden besteed aan allerlei politieke hobbies om in het kader van VN operaties de Nederlandse krijgsmacht in te zetten in gebieden waarmee wij geen enkele affiniteit hebben. Mali is daarvan een goed voorbeeld. Wanneer daar VN eenheden worden ingezet, moeten die komen uit landen uit de regio. In plaats daarvan zou de roterende eenheid in Litouwen een permanent karakter moeten krijgen waarbij de samenwerking met de bondgenoten die deel uitmaken van het bataljon eindelijk kan worden verbeterd. Op dit moment is daar geen sprake van. Iedere subeenheid van het bataljon draait haar eigen nationale oefenprogramma. Van een gecombineerde inzet is geen sprake. Op dit moment is het puur geld weggooierij, afgedekt door een optisch prettig ogend politiek camouflagenet
100% mee eens