Het is opmerkelijk dat we in Nederland denken dat vrede nog steeds vanzelfsprekend is. Dat schrijft minister Bijleveld in de Defensievisie op weg naar 2035: Vechten voor een veilige toekomst. Dat is inderdaad opmerkelijk, maar is precies de reden dat Nederland als sinds 1993 niet meer aan haar verplichtingen naar de NAVO voldoet, voor het afdoende financieren van de Krijgsmacht. In de nieuwe Defensievisie worden verschillende groeipaden voor het ophogen van die begroting geschetst, maar de vraag is of er de komende jaren afdoende politieke bereidwilligheid is om het budget ook daadwerkelijk op te hogen. Want dat dat nodig is, blijkt wel uit deze visie. En het is voor het eerst dat daar ook concrete bedragen voor worden genoemd. Er moet tot 17 miljard euro bij als alle plannen in de visie verwezenlijkt worden.
Het is goed dat die visie er nu ligt, want geld uitgeven zonder achterliggend plan is nooit goed. De vraag is wel welk van de geschetste toekomstscenario’s qua budget gekozen gaat worden door de volgende kabinetten. En of er überhaupt gekozen gaat worden. Want extra stappen worden nu niet gemaakt. In de visie staat: ‘Als we alles zo goed mogelijk inrichten dan is er structureel € 13 miljard tot € 17 miljard extra nodig. Het is op dit moment duidelijk dat niet alles kan en niet alles tegelijk kan. Keuzes en fasering zijn dus noodzakelijk: een volgend kabinet kan hier een slagvaardige strategie voor maken, gebaseerd op dit overzicht.’ Welke keuzes gemaakt moeten worden, of welke keuzes bij welk budget horen, wordt echter niet duidelijk.
Terwijl een plan broodnodig is, zo blijkt ook uit de probleemanalyse: de Krijgsmacht is door de hoeven gezakt. Er is te weinig om op huidige dreigingen te kunnen anticiperen, en er is te weinig om toekomstige dreigingen te reageren. Het goede is dat het probleem van de niet op de taak berekende Krijgsmacht nu zo duidelijk op papier staat, dat er echt helemaal niemand meer van weg zou moeten kunnen kijken. Dat geeft een beetje hoop voor meer investeringen, maar hoop is geen militaire strategie.
Personeel
Om in de toekomst wel aan de taken te kunnen voldoen is dus veel geld nodig. Maar zijn ook middelen nodig. En mensen om met die middelen om te gaan. Mensen zijn er nu te weinig, met 9000 vacatures. In de visie die er nu ligt, wordt gesteld dat ‘het roer om is op personeelsgebied.’ Er zijn echter nog geen concrete stappen gemaakt om tot een nieuw loongebouw en functiehuis te komen. In de toekomstvisie wordt de mens ook iets verder naar de achtergrond geschoven, daar het lijkt alsof de vacatures weggepoetst worden door ‘arbeidsextensieve technologische oplossingen’ en ‘opschaalbare gevechtseenheden die grotendeels zelfstandig kunnen optreden’ en ‘kunnen we snel op- en afschalen met personeel en materieel’. Het reservepersoneel lijkt daarmee een belangrijkere rol te gaan spelen, als aanvulling op een kleinere (maar hoogwaardige) beroepskern. Een modernisering van het werving- en selectiebeleid is daarbij onontbeerlijk, net zoals flexibilisering van horizontale en verticale doorstroommogelijkheden (ook tussen burger en militair en binnen Krijgsmachtdelen), en het al genoemde loongebouw en functiehuis. Concrete stappen die gezet moeten worden ontbreken echter op dit gebied. De problemen met opleiding, training en vorming hebben we het even niet over.
Samenwerking en specialisatie
Samenwerking met partners is ook een belangrijk punt in de visie. Nederland is natuurlijk al een voorbeeld gezien de vele intensieve samenwerkingsverbanden die er al zijn met verschillende landen. Denk aan de gezamenlijke luchtruimverdediging van de Benelux, de intensive samenwerking van de Marine met België, de nauwe banden van het Korps Mariniers met Britse Mariniers, en de missies die we de laatste jaren veelal in nauwe samenwerking met andere landen hebben uitgevoerd. De Defensievisie spreekt vooral van samenwerking in EU-verband (dat nog in de kinderschoenen staat) en samenwerking binnen de NAVO. Tegelijk worden ook de problemen van de NAVO geschetst: Turkije als splijtzwam (al staat dat er niet zo letterlijk), de VS die zich terug lijkt te trekken en het onvermogen van Europa om de leemte van de VS te kunnen invullen. Nederland is een van de slechtste betalers van NAVO, en we blijven ook met de investeringen die zijn gedaan in de achterhoede.
Slagkracht of ondersteuning?
Leveren wat de NAVO vraagt, vraagt om extra investeringen in slagkracht. Slagkracht die ook nodig is om ons grondgebied te kunnen verdedigen. En ondanks dat de Defensievisie ook aangeeft dat dat nodig is, staat er niet hoe zich dat concreet vertaalt. En de investeringen die de afgelopen jaren zijn gedaan lijken vooral op het gebied van intel en logistiek te liggen. De F-35 wordt geroemd als datastofzuiger, er is geïnvesteerd in radarsystemen, in een satelliet, en in het cybercommando, terwijl de investeringen in een extra bevoorrader voor de Marine, versnelde vervanger van de C-130 bij de Luchtmacht, en de nieuwe vrachtwagens vooral wijzen op logistieke ondersteuning. Want het aantal F-35 is fors minder dan het aantal F-16’s, fregatten zijn niet vervangen voor fregatten maar voor patrouilleschepen, artillerieondersteuning blijft onder maat, gevechtskracht op het land in de vorm van al dan niet bemande of gecombineerde bemand/onbemande gevechtssystemen blijft achterwege. Daarmee lijkt de regeerperiode onder minister Bijleveld al een voorschot te hebben genomen op de in de Defensievisie genoemde taakspecialisatie binnen de NAVO: Nederland doet de (logistieke) ondersteuning. Dat wordt bevestigd in de visie, daar staat: ‘We willen ons internationaal nog meer onderscheiden op het gebied van militaire mobiliteit.’ Maar de NAVO vraagt om meer slagkracht?
Die ondersteuningstaak lijkt ook bevestigd te worden door een van de rode draden van de Defensievisie: Informatiegestuurd optreden. De nadruk ligt daarbij vooral op informatie, informatieverwerking en informatieoverbrenging naar het slagveld, en niet op het optreden op het slagveld zelf. Net als bij de logistieke ondersteuning lijkt het erop dat de visie vooral inzet op het verbeteren en uitbouwen van waar we al goed in zijn (we zijn immers een topspeler op het gebied van cyber) dan op het (weer) opbouwen van meer conventionele gevechtskracht. De woorden gevechtskracht en slagkracht komen ook in totaal maar 14x voor in de 64 pagina’s tellende visie. En dat terwijl het leveren van slagkracht en gevechtskracht toch de hoofdreden van het bestaan van de Krijgsmacht zijn, en broodnodig zijn voor het uitoefenen van in ieder geval de eerste 2 grondwettelijke taken.
Integratie
In de samenwerking zet de Defensievisie verder in op integratie van systemen en processen met bondgenoten. Commandovoering en opleiding en training moeten meer op elkaar worden afgestemd. Nationaal en internationaal moeten systemen op elkaar worden afgestemd. Nationaal zal dat wel gaan, en ook internationaal worden daar stappen in gemaakt. Echter, veel landen zullen toch eigen systemen willen hebben, omdat er van oudsher nog steeds wantrouwen heerst tussen landen, ook binnen de EU en de NAVO. Landen zullen zelf verantwoordelijk willen zijn voor hun eigen verdediging, en alleen willen samenwerken als zijzelf in de lead zijn. En daar ligt de bedreiging voor verdere samenwerking en integratie binnen Europa.
Conclusie: congruent, maar krachteloos
Het beeld dat blijft hangen na het lezen van de Defensievisie is dat het een congruent verhaal is, dat goede lijnen richting de toekomst schetst, maar dat het ook een vrijblijvend verhaal is. Er zijn weinig concrete stappen genoemd, op een grafiek met drie verschillende groeipaden in budget na. De zinssnede ‘volgende kabinetten kunnen’ (of zinnen die daarop lijken) komen vaak voor als het gaat om keuzes of beleidsrichtingen. Dat is krachteloos, want de kabinetten kunnen voor richtingen kiezen, of ze kunnen het ook niet doen. En dat laatste is het gevaar voor de Krijgsmacht. Zeker omdat er nou niet echt een historie ligt van investeren in Defensie vanuit de politiek. De Defensievisie geeft uitstekende richtingen aan, maar door het ontbreken van stappenplannen, en doordat er tot op heden geen enkel politiek plan is om tot uitvoering van die visie over te gaan, bestaat de kans dat er weinig met de visie gedaan wordt, of dat er alleen aan cherrypicking gedaan wordt en er op slechts 1 onderdeel (bijvoorbeeld de arbeidsextensieve technologie) ingezet wordt. Om de analogie van het informatiegestuurd optreden maar te gebruiken: de visie geeft veel nuttige informatie, weinig sturing, en voorlopig geen optreden.
Door: Eduard van Brakel
Wat mij betreft een grote verspilling van tijd, geld en energie. Hoop gebakken politieke lucht waar Defensie niets mee opschiet. Wel is het erg duidelijk voor het militaire personeel waar de prioriteit ligt: niet bij hun. Jan Kaas, werkzaam als infanterist/genist/artillerist/ genezerik werken bij bataljons die voor 50% zijn gevuld. Breng maar eens een bezoek aan 13x en 43x. Neen, cyber, spec ops, (burger) analisten en mooie nieuwe spullen zoals de F-35 en duikboten gaan het bedrijf redden volgens de minister en haar burger entourage aan de top. Kansloze operatie, lekker gewerkt CDS. Goed de militaire belangen behartigt. Op naar de topfunctie bij de NATO.